Zonder de foto's die van de rots in Marche-les-Dames genomen zijn na dood van Albert hadden we nooit de link gelegd met de rots en het Hoofd op de Rechtvaardige Rechters. Het is door de gelijkenissen tussen de rotsen en door het religieuze karakter van de rots in Marche-les-Dames dat onze vragen gerezen zijn. Wij hebben op school geleerd dat de koning verongelukte op 17 februari 1934 toen hij De koning is gevonden op de boshelling onder de brokkelige spleet waarboven zich het |
Een tragisch ongeval tijdens de beoefening van het alpinisme? |
LINK naar le Patriote Illustré |
In het boek "De Freyr à l'Himalaya" over de geschiedenis van de Belgische Alpenclub, op blz 65: "La chute a dû se produire au moment où le roi gravissait une dernière tour, près de la cheminée Louise. Une semaine auparavent, cette petite tour avait été escaladée par une cordée composée de Serge Herzen et Georges Marchal, qui l'avaient jugée en très mauvais rocher, ce qu'ignorait malheureusement le souverain." |
DE KLASSERING VAN DE ROTSEN De rotsen van Marches-les-Dames vormen het eerste geklasseerde landschap in België. Men zou kunnen denken dat die klassering na de dood van Albert I gebeurde, maar dat klopt niet. Het was een Koninklijk Besluit van 30 december 1933. De Koninklijk Commissie voor Monumenten en Land- schappen ontving op 26 februari 1934 een telegram: "Gelieve hoogdringend de nodige maatregelen te nemen om onmiddellijk de uitvoering van het Koninklijk Besluit te verzekeren aangaande de klassering van de rotsen van Marche-Les-Dames. In opdracht van de minister, directeur-generaal Glesener." |
In de boeken van J. Noterman lezen we een belangrijke verklaring van Théophile Van Dycke: De woensdag voor de fatale dag, dus op 14 februari, was hij ook met Koning Albert I in Marche-les-Dames. De auto was toen ook boven aan het woud geparkeerd. Onderzoeksrechter Phillippart voegt er nog aan toe dat de koning er enkele dagen voor die woensdag geweest was, zonder echter precies te zeggen wanneer. "Le Roi tué" blz. 151 / "De Val van Albert" blz. 127 |
Wij stellen ons ernstig vragen over de officiële verklaringen dat de koning zijn kamerheer, Théophile Van Dycke heeft weggestuurd. Om dan hongerig, in tijdsnood, gans alleen en dus zonder zekering "en passant" een brokkelige, onbetrouwbare pijler te beklimmen? En dat voor een ervaren klimmer met verantwoordelijkheden? Uit verschillende verklaringen blijkt dat koning Albert I daar regelmatig kwam en een bijzondere interesse had voor die specifieke plek. Daarbij stellen wij ons de vraag of dat enkel was om daar te klimmen. |
Na de dood van koning Albert I
alle pagina's
volgende pagina > >
|