Le Roi Albert Alpiniste / René Mallieux

Zonder de foto's die van de rots in Marche-les-Dames genomen zijn na dood van Albert
hadden we nooit de link gelegd met de rots en het Hoofd op de Rechtvaardige Rechters.
Het is door de gelijkenissen tussen de rotsen en door het religieuze karakter van de rots
in Marche-les-Dames dat onze vragen gerezen zijn.

Wij hebben op school geleerd dat de koning verongelukte op 17 februari 1934 toen hij
aan het klimmen was op de rotsen van Marche-les-Dames aan de Maas voorbij Namen.
De koning was al jaren alpinist en vooral actief in de Dolomieten als in 1929 de exploratie
van de Belgische rotsen begon. Het rotsklimmen in de Ardennen werd toen vooral gezien
als een oefening voor het echte klimwerk in de Alpen.
Ook koning Albert I maakte daar regelmatig gebruik van. Hij vermeed wel die plaatsen
waar hij te veel in de kijker zou lopen en klom steeds met dezelfde klimpartners zoals,
prins Leopold en graaf Xavier de Grunne, secretaris-generaal van de Belgische Alpenclub.

De koning is gevonden op de boshelling onder de brokkelige spleet waarboven zich het
platform bevindt en waar de pijler staat. Activiteiten in die spleet en op het platform
kunnen moeilijk alpinisme genoemd worden. Dus was het voor de onderzoekers logisch
dat de koning klom op de pijler en van daar gevallen is door een loskomend stuk rots.
Hij zou dan wel op het platform gevallen zijn en van daar in de spleet waar zijn bril is
"teruggevonden" en waar hij zijn hoofd tegen een steen zou gestoten hebben om dan
langs de steile boshelling nog ettelijke meters verder naar beneden te schuiven.
De klap op het hoofd zou de onmiddellijke dood als gevolg gehad hebben.

Een tragisch ongeval tijdens de beoefening van het alpinisme?

link naar LE PATRIOTE ILLUSTRÈ Koning Albert I beklom regelmatig het
rotsmassief van Marche-les-Dames.
Onder andere de klassieke routes zoals
"La cheminée Louise" en de "Inaccessible".
Théophile Van Dycke, de trouwe kamerheer,
verklaarde na de feiten het volgende.
Die namiddag wou de koning van de korte
tijd die hem die dag nog restte gebruik
maken voor wat extra klimoefeningen. Hij
zou na een uur terugkomen naar de auto.
Zonder eerst te eten, om tijd te winnen,
verwijderde koning Albert zich nadat hij
Théophile Van Dycke naar een iets verdere
plek stuurde om daar op hem te wachten.

Rond twee uur in de nacht hebben ze
koning Albert gevonden op de boshelling.
Volgens de onderzoekers van de Alpenclub
zou de koning bij het verlaten van de rotsen
via het platform nog willen klimmen hebben
op de fameuze pijler met de val als gevolg.

Zonder eten, in tijdsnood, zonder zekering
of begeleiding en op die slechte rots ... ? ?  
De koning kwam daar blijkbaar regelmatig.
Hij kende het platform en de pijler, een brok-
kelige, niet gekuiste rots, een week daarvoor
nog door een paar klimmers afgekeurd.

LINK naar le Patriote Illustré

In het boek "De Freyr à l'Himalaya" over de geschiedenis van de Belgische Alpenclub,
op blz 65: "La chute a dû se produire au moment où le roi gravissait une dernière tour,
près de la cheminée Louise. Une semaine auparavent, cette petite tour avait été escaladée
par une cordée composée de Serge Herzen et Georges Marchal, qui l'avaient jugée en très
mauvais rocher, ce qu'ignorait malheureusement le souverain."

DE KLASSERING VAN DE ROTSEN

De rotsen van Marches-les-Dames vormen het
eerste geklasseerde landschap in België.
Men zou kunnen denken dat die klassering na
de dood van Albert I gebeurde, maar dat klopt niet.
Het was een Koninklijk Besluit van 30 december 1933.
De Koninklijk Commissie voor Monumenten en Land-
schappen ontving op 26 februari 1934 een telegram:
"Gelieve hoogdringend de nodige maatregelen te nemen
om onmiddellijk de uitvoering van het Koninklijk Besluit
te verzekeren aangaande de klassering van de rotsen van
Marche-Les-Dames.

In opdracht van de minister, directeur-generaal Glesener."

In de boeken van J. Noterman lezen we een
belangrijke verklaring van Théophile Van Dycke:
De woensdag voor de fatale dag, dus op 14 februari,
was hij ook met Koning Albert I in Marche-les-Dames.
De auto was toen ook boven aan het woud geparkeerd.
Onderzoeksrechter Phillippart voegt er nog aan toe dat de
koning er enkele dagen voor die woensdag geweest was,
zonder echter precies te zeggen wanneer.

"Le Roi tué" blz. 151 / "De Val van Albert" blz. 127

Wij stellen ons ernstig vragen over de officiële verklaringen dat
de koning zijn kamerheer, Théophile Van Dycke heeft weggestuurd.
Om dan hongerig, in tijdsnood, gans alleen en dus zonder zekering
"en passant" een brokkelige, onbetrouwbare pijler te beklimmen?
En dat voor een ervaren klimmer met verantwoordelijkheden?

Uit verschillende verklaringen blijkt dat koning Albert I daar regelmatig
kwam en een bijzondere interesse had voor die specifieke plek.
Daarbij stellen wij ons de vraag of dat enkel was om daar te klimmen.

Na de dood van koning Albert I

 

Le Patriote Illustré

alle pagina's                      volgende pagina > >


©
copyright 2004/2019
Karel Julien Cole